top of page

36. Verbonden
 

De opdrachtgever vraagt aan de uitvoerder:

Kies één cijfer van 1 tot 20 en zeg dit luidop.

(De uitvoerder kiest blind. Blind kiezen wil zeggen dat de uitvoerder de keuze achter het cijfer niet ziet. Hij/zij mag enkel een cijfer zeggen.)

Nadat de uitvoerder de keuze heeft gemaakt leest de opdrachtgever de opdracht

OPDRACHT 

Je krijgt de volgende woordenreeks (lees hier de woordenreeks die overeenkomt met het gekozen cijfer).
Kan je op basis daarvan een centraal begrip formuleren? 
Waarschijnlijk wel.
Maar kan je er ook nog wat meer uitleg over geven?
Dat is al wat moeilijker, toch?


Je krijgt twee minuten om het begrip te vinden en daarna nog twee minuten (minimaal) en drie minuten (maximaal) om over het begrip te spreken.
 
Voorbeeld: zon, zeer warm, t-shirt, korte broek  --> 'zomer' 

Het is de bedoeling dat je uitlegt hoe je tot het centrale begrip bent gekomen.
Hoe hebt je dat gedaan?
Anders gezegd: welke gedachtengang heb je gevolgd?

Heb je een mindamp gebruikt?
Welk woord van de aangebrachte woorden hebben een lichtje doen branden? En waarom?
Zou je nog een ander centraal begrip hebben kunnen kiezen? Zo ja, welk woord zou dat dan zijn?
Indien je meer dan één centraal begrip zou gevonden hebben, waarom heb je dan uiteindelijk voor dat éné begrip gekozen? Kan je dat even uitleggen?


1. dialogen, maieutiek, Grieken, voor onze tijdrekening
2. major, minor, conclusio
3. premisse, conclusie, argumenteren
4. aarde, warm, probleem, wereldwijd
5. ijskoud, sjaal, warme pull, schaatsen
6. Waterstof, Zuurstof, Koolstof, Stikstof
7. zonnebloemen, Arles, Theo, brieven
8. fok, zeil, roer, over stag
9. licht, water, warmte, koesteren
10. vader, moeder, kinderen
11. Oostende, schilder, maskers, intrede
12. keuze, kinderwens, stopzetting, discussie
13. spinazie, kool, spruiten, bloemkool
14. anjer, roos, lelie, tulp
15. zon, heet, reizen, buitenland
16. keuze, wetgeving, pijn levenseinde
17. Mars, Jupiter, Saturnus, Pluto
18. steun, solidariteit, eten, gratis
19. bijdrage, iedereen evenveel, eten, gratis
20. zingen, schilderen, beeldhouwen, toneelspelen


 

bottom of page